maandag 6 september 2010

Neem nooit uw lief mee naar een wedstrijd voor podiumdichters (tenzij u zeker bent van de winst)

Poetryslam. De finale. Er is een prachtige jongen van 20 of zo met een diepgesmeerde jaren-‘50-stem en een verpletterend goed gedicht over jongensseks-bij-gebrek-aan-kut (zo plat als het er nu staat, was het beslist niet, maar ik ben die jongen dan ook niet). En er is ook nog een scherp ogende, getrainde vent die z’n woorden als met een spijkerpistool het publiek in schiet. Uit het blote hoofd en nog raak ook.

Er is een redelijk bezopen jury, die de alcoholroes bijstuurt met een joint op gezette tijden en een luidruchtig ‘GASTUH!! TAPAS ETUH!!’ in de lange pauze, maar die via onnavolgbare verbale slingerwegen wonderwel toch tot de juiste besluiten komt.

Er is meer, waaronder ik, maar dat speelt feitelijk geen rol. En het is niet moeilijk je daarbij neer te leggen. Hier staan twee authentieke performers, waar je niet met gratis tapas naartoe gelokt hoeft te worden.

Natuurlijk, je hebt er wél gestaan en je best gedaan, in je tweede podiumoptreden na je spreekbeurt over D’n Béver op de middelbare school in Bergeijk. Maar je merkt al direct dat het allemaal te klein en te statisch is.

Thuis wacht de drank. En je hebt je die middag al niet bepaald onbetuigd gelaten op dat vlak. Er is veel en het houdt niet op. Dan, uit het niets, gebeurt iets wat eigenlijk nooit gebeurt – want drank verbroedert, bij jou in huis: als iedereen is vertrokken, krijg je hooglopende ruzie met je lief. Het onderwerp: waarom je niet nog meer bier wil drinken en hoe flauw dat wel niet is. Typisch een thema van waaruit je gemakkelijk zinloze argumenten betrekt om het vuur lekker op te stoken.

Ergens in de twist denk je een sluitend punt te maken met een snerend uitgesproken: ‘Tja, dat is dan jouw positie!’ En dan heeft ze je te pakken. Want heb jij die middag niet een poging tot theater gedaan door met de nodige armgebaren zo fel mogelijk ‘Positie! Positie!’ uit te roepen? 'Positie! Positie!’, bauwt ze je na – inclusief lafhartig armgebaar. En nog een keer, om het punt nog eens aan te zetten. In een flits dringt het tot je door: dáárom komen poetryslammers liefst zonder aanhang! Met dat inzicht val je in een diep coma.

(Voor de teerhartigen onder u: Wij konden er vanmorgen alweer hartelijk om lachen.)

Geen opmerkingen: