Op de terugweg per katamaran naar het vasteland van Istrië na een bloedhete dag in Venetië, legt een volwassen Rus met een gondeliershoedje op alle pakweg 150 medereizigers nauwgezet vast op video. Z’n camera houdt van iedereen, zo lijkt het. Dan loopt hij terug naar zijn hoogzwangere vrouw, die heur haar – heel stemmig – alvast moedermelkkleurig heeft weten te verven, en laat haar de hele opnamesessie nog eens take-voor-take terug zien. Ze knikt goedkeurend, totdat ze is aanbeland bij de scène waarin de scheepsbemanning figureert. Die moet even over.
Je stelt je een ijzige winteravond voor, waarbij een sneeuwstorm de oostelijke buitenwijken van Omsk teistert. In de gang hangt het gondeliershoedje wat gedeukt te zijn, geen partij voor de loodzware bontmutsen van het inmiddels driekoppige gezin, die ook een haakje moeten.
Geen weer om nog buiten te gaan, vindt de vrouw, wiens haar inmiddels is ge-upgrade naar platinablond met zwarte plukken erin. De Rus stemt in. Hij hangt wat op de bank en zapt verveeld langs de sportkanalen. “Waarom ga je anders de vakantievideo niet eens monteren?”, stelt de vrouw voor.
De beelden lopen traag over het scherm van de laptop en dan kom ik voorbij, frame-voor-frame. In Omsk ben ik nog bruin en moet ik hoognodig naar de kapper. Hij klikt op “cut”. Het effect van een zonnesteek is nu eenmaal zelden blijvend. En zeker niet in Omsk.
zaterdag 23 juli 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten